De huwelijksreis ging naar Zuid-Afrika waar we met een camper het land hebben verkend. met de foto's hieronder kun je een indruk krijgen van wat we hebben beleefd. Klik op de foto's om een vergrote afbeelding te zien. |
|
Onze huwelijksreis naar Zuid-Afrika heeft vooral een 'natuur' karakter gehad. Veelal hebben we in de Nationale parken of nature reserve overnacht. De reis startte in Johannesburg (de vliegreis even overslaand) waar we de camper in ontvangst namen. We hadden een kleine 3 persoons camper gehuurd die het de hele reis zonder mankementen zou volhouden (en dat is wel eens anders geweest). De motor bleek echter wat aan de kleine kant te zijn want op de vlakke weg met wind mee bleek het maximaal haalbare 100 kilometer per uur te zijn (plank gas).
Vanuit Johannesburg ging het naar Pretoria. Pretoria was op dit moment, het
voorjaar, erg fraai want de Jacaranda's stonden in bloei (vol met lila bloemen)
en daardoor waren vele straten lila. In Pretoria hebben we het
voortrekkermonument bezocht. Een groot monument dat is neergezet ter ere van de
'boers' die vanuit Kaapstad het binnenland in trokken. Een camping vinden
in of nabij Pretoria viel niet mee en zijn we een eind naar het noorden gereden
om op een kleine maar knusse camping neer te strijken nabij Warmbad.
Op weg naar het Kruger Park werd vervolgens nog een tussenstop
werd gemaakt in het Ben Lavin nature reserve. Een klein reserve waar je, omdat
er geen echt gevaarlijke dieren voorkomen, gewoon kunt wandelen. Wel kun je zo
wandelend oog in oog komen te staan met een giraffe die van dichtbij toch wel erg groot
zijn.
Het Kruger National Park is een nationaal park met een, voor Nederlandse
begrippen, enorme oppervlakte, waar je met eigen vervoer (en dat geldt overigens
voor alle nationale parken en Nature en/of Game reserves) het
park kunt bezichtigen. We zijn het Kruger Park van het noorden, bij Punda Maria,
binnen gereden en hebben het park in het zuiden, bij Pretoriuskop, weer
verlaten. In de drie dagen dat we in het park waren hebben we erg veel dieren
gezien en erg veel kilometers gereden.
Vanuit het Krugerpark vervolgde de reis naar de 'Klein Drakensberg' bij
Graskop (ten noorden van Nelspruit) waar in de Blyde Rivier Canyon bijzonder
fraaie uitzichten zijn. Helaas was het die dagen erg regenachtig en bleven de
uitzichten vooral beperkt tot waterdruppels. Vanwege de regen hebben we
daarom een paar watervallen bekeken en het museumplaatsje Pilgrims Rest. Het
bezoek van de watervallen, zeker breidal veil falls, bleek door de natte rotsen
een flinke klauterpartij. De Blyde rivier heet
overigens 'blij' omdat 2 elkaar doodgewaande groepen voortrekkers elkaar hier
weer gevonden hadden. Dit als tegenhanger van de Treur rivier die zo heet omdat
ze elkaar waren kwijtgeraakt.
Na de regen van de Klein Drakensberg ging het verder naar de Drakensberg. De
Drakensberg is een relatief jong gebergte met vele scherpe pieken. In de
omgeving van de Drakensberg hebben we de Sterkfontyn dam bezocht. De uitzichten
over het meer met de bergruggen op de achtergrond zijn erg mooi.
Daarna hebben we Golden Gate National Park met een bezoek vereerd. Een
relatief klein nationaal park, maar wel met erg mooie rode rotsen, zeker tijdens
de zonsondergang. Behalve een enkele lange wandeling, waren er werkelijk
schitterende korte (een paar uur) wandelingen te maken. Vooral Echo Cave, een
smalle buisvormige bijna gesloten canyon, was de moeite waard. De Holkrans
wandeling was eveneens erg fraai maar je moet hier wel erg over trappen
klauteren.
Royal Natal National Park was de volgende stop in de Drakensberg. Het is hier
mooi groen en ook hier zijn erg mooie uitzichten en je kunt er prima wandelen.
Wij hebben gewandeld naar Tugela falls waar het water 850 m naar beneden valt.
Tenminste, als er water is want op dit moment was het zo droog dat er geen
waterval te bespeuren was. Daar waar je tien jaar geleden met moeite een
rivier over stak was nu vrijwel geen water te bespeuren: hoogstens een klein
beekje. De wandeling naar Tugela falls is, zeker in het voorjaar, erg mooi door
de vele bloemen.
Hierna vervolgde de reis richting de kust, met een tussenstop in Oribi Gorge
National Reserve. Een smalle woeste en erg mooie vallei, midden in een relatief
vlak landschap. De camping was erg knus: 5 kampeerplaatsen. De
wandelmogelijkheden zijn beperkt: Je kunt aan de rand van de gorge lopen of je
kunt naar beneden en weer naar boven. Het pad de gorge in is door de stijle
wanden erg stijl.
De volgende camping, bij Gonubie (nabij East Londen), was wel een stukje groter: 400 plaatsen, waarvan er precies 1 (die van ons dus) bezet was. De camping lag direct aan zee en zal in het zomerseizoen (december en januari) wel een stuk drukker bezocht worden. Vanuit Gonubie ging het verder naar Addo Elephant National Park (nabij Port Elizabeth) dat voorals is opgericht om die paar olifanten die na een uitroeingscampagne nog leefden te behoeden voor uitsterven. Dat uitroeien ging overigens erg voorspoedig: er waren nog maar 11 olifanten over toen het park werd gecreeëerd. Gelukkig zijn er nu weer een paar honderd. Sinds kort (half oktober) zijn er ook leeuwen uitgezet in Addo. Die leeuwen moesten kennelijk nog wel een beetje aan hun rol van 'wild' wennen, want ze lagen nu wel erg mooi te poseren voor de toeristen.
Vanuit Addo ging het verder naar het Tsitsikamma National Park. Een nationaal
park dat een groot stuk van de wilde zuidkust beschermt. De camping ligt hier
direct aan de kust en je kunt de dolfijnen voorbij zien zwemmen. Met een
beetje wind is het spectaculair om te zien hoe de golven op de kust beuken.
Vanuit hier start de Otter trail, een 42 km lange voettocht langs de kust. Wij
hebben alleen het eerste stukje gelopen dat na een paar km overgaat in erg
lastig terrein. Het pad verdwijnt en gaat over in een klauterpartij over de
rotsen ('slegs vir fikse persone').
Met pijn in het hart verlieten we Tsitsikamma weer om te vertrekken richting
George waar we het Wilderness National Park bezochten. Het Wilderness National
Park biedt een gevarieerde natuur: typische kustomgeving maar tevens een mooie
wandeling langs een rivier naar een waterval.
Vanuit George ging het verder naar Graaff-Reinet. Een leuk plaatsje met veel historische gebouwen en een bijzonder plezierige sfeer en een groot aantal (voor zo'n klein plaatsje) musea. Bij Graaff-Reinet ligt het Karoo National Reserve met daarin Desolation valley als belangrijkste touristische trekpleister. Desolation valley heeft spectaculaire uitzichten. De Karoo is een semi-desert en het is hier dan ook erg droog. Je moet een beetje van de woestijn houden om het hier mooi te vinden.
Na Graaff-Reinet ging het alweer langzaam richting Johannesburg. De volgende
stop was de Gariep dam. De Gariep dam is een erg groot stuwmeer
en dat mooie vergezichten biedt. Aan het meer is ook Oviston National Reserve
gelegen. Het is een vlakte dat, in vochtiger tijden, overspoeld word door het
water van het stuwmeer, maar dat nu, in de droge tijd, mooi groen en vooral erg
weids is. Dat was aan de dieren ook te merken: ze waren niet veel mensen gewend
want zodra ze ons bespeurden zochten ze een ander heenkomen. Overnacht hebben we onder andere in het kleine
plaatsje Bethulie op een knusse kleine camping van 5 plaatsen. De andere
camping, waar nog wel voor geadverteerd werd, bleek al 10 jaar niet meer te
bestaan, maar het gerucht ging dat er binnenkort ....
De laatste stop voor aanvang van de terugreis was het Willem Pretorius Game
Reserve. Ook dit reserve was gelegen aan een stuwmeer en bood een onverwachte
rijkdom aan wild. Hier zagen we tenslotte nog de neushoorns, die we tot nog toe
hadden gemist, en nog behoorlijk
dichtbij ook. Tijdens onze 'game drive' liepen we vast in een kleine file
waarbij draaien niet meer mogelijk was en achteruit rijden niet zo
aantrekkelijk. Nu bleek die file net een excursie van
schookkinden te
zijn en omdat we toch nergens heen konden werd ons werd gevraagd of we ons bij hun wilden aansluiten. Zodoende
kregen we text en uitleg en een wandeling richting de neushoorns.
Helaas zat de vakantie er toen weer op en moesten we de boel weer inpakken
voor de vlucht naar Nederland en naar Johannesburg afreizen. Het kostte wat
moeite om de camperverhuurder te vinden want de afslag naar de snelweg die we
hadden verwacht bleek niet te bestaan, althans niet op de verwachte plek. Na wat
omzwervingen kwamen we alsnog bij het depot van de verhuurder die ons naar het
vliegveld bracht.